Hooooodor!!

14 maart 2017 - Semarang, Indonesië

Inmiddels zie ik er soort van uit als een mislukte Dalmatiër met al die muggenbulten, maar ik ben nog steeds happy hier in Indonesië!
Ik heb net even geteld.. Ik heb op mijn bovenarmen rond de 43 muggenbulten en dat is binnen 2 uur gebeurd!!! En dan heb ik die op m’n rug en benen er niet eens bij geteld, ik had genoeg van het tellen. Jawel.. Ik was zo dom om te vergeten muggenspul op te spuiten voordat ik de Hash ging lopen.
Er liep iemand achter me en die vertelde me dat een stuk of 4/5 muggen mij gewoon aan het volgen waren! Drie verschillende mensen hebben me verteld dat muggen aangetrokken worden door de kleur zwart. Gelukkig draag ik nooit zwarte topjes..
Daar zaten ze dan, de familie Mug. En die kindermugjes maar zeuren.. ‘Ibu, lapar!!’ (mama, honger!!). Ja, toen kwam ik voorbij! ‘Makan, makan, maaaakaaaaan!!!’ (makan = eten). Tja, ik ben blijkbaar enak sekali (heel lekker)..

Je kan in verschillende steden in Indonesië meedoen aan de Hash. Je kan wandelen of hardlopen en er is een lange route en eenHash uitzicht wat kortere route. De routes worden uitgezet door middel van dunne strookjes of snippers van papier die je moet volgen.
De Hash brengt je op de mooiste plekjes met het mooiste uitzicht! Ik heb sinds ik in Semarang ben al drie keer meegedaan aan de Hash, de eerste keer hardlopend en de andere twee keren wandelend, zodat ik wat meer om me heen kon kijken en foto’s kon maken.
De eerste keer ging ik met een van de docenten mee van de Semarang Op de brug!Multinational School. Zij doet wekelijks mee met de Hash en ik mocht wel bij haar achterop de scooter springen om die kant op te gaan. Zij doet de Hash meestal hardlopend en ik wilde graag wel bij haar blijven. Het zou namelijk een leuke grap zijn als ik zou verdwalen, het donker zou worden zodat ik de papiersnippers helemaal niet meer zou kunnen vinden en ik een local die ik hopelijk tegen zou komen zou moeten vragen om me terug te brengen. Beetje jammer dat ik het gebied niet ken en dus ook geen flauw idee had waar het startpunt was en dat ik ook geen Bahasa spreek. Dus ja, ik bleef liever wel bij haar.
‘Je kan dat prima hardlopend volhouden, hoor’, zei ze. En toen we moesten kiezen op de kruising tussen de lange en medium route zei ze: ‘ah, we doen gewoon de lange! Kan je echt wel!’
Man, KAPOT! Iets met bergen, ofzo.. En dat alles in Nederland plat is, enzo.. Capek (moe)!
Iets met modderUiteraard kan je niet de hele route hardlopen. Je moet namelijk vaak over erg smalle paadjes en als het geregend heeft is het erg modderig en glad, dus zowat bij elke stap die ik toen zette gleed ik uit. Ook kom je stukken tegen die echt heel erg steil omhoog gaan en stukjes die zo steil naar beneden gaan, dat je soms beter op je kont naar beneden kan gaan. Tenminste, zo dacht ik.. Kwamen er ineens wat Indonesische mannetjes aangelopen die me zo in een drafje voorbij hobbelden op dat niet normaal steile stukje naar beneden! HOE DAN?! Snap er niets van.
Soms zijn er niet eens echte paadjes en moet je verschillende planten aan de kant duwen om erlangs te gaan. Tijdens het hardlopen had ik dus ook niet echt alle tijd om goed om me heen te kijken naar het mooie uitzicht, ik keek namelijk alleen maar naar mijn voeten.Hash uitzicht
“It’s a dangerous business, Frodo, going out of your door. You step into the road, and if you don’t keep your feet, there is no knowing where you might be swept off to”. Sowieso waar, Bilbo! Maar alleen op je voeten letten is weer teveel van het goede!
“Welke kant ging ze nu op? Ik zie haar niet meer.. Humm.. Zie ik iemand achter me? Nee, ook niet.. Volgens mij liep ze hier langs..” Zo. Even lekker een spinnenweb in mijn gezicht! Daar waren dus niet al 30 andere mensen langs gelopen.. Maar weer terug lopen dan, op zoek naar waar ik voor het laatst papier sliertjes had gezien.
“Hooooodor!!” Ja, ze stond natuurlijk alweer op me te wachten en vroeg zich af of ik verdwaald was. “I’m here!!!!” Inmiddels denk ik dat ze steeds ‘On on’ roept, maar het klonk toch echt als ‘Hodor’! Misschien was ik in mijn hoofd iets teveel bezig met de Game of Thrones serie die ik aan het lezen ben.
Aangezien de Hash wekelijks is, in Semarang zelfs meerdere keren per week, kennen de meeste deelnemers elkaar goed en wordt het een soort van familie.
Toen ik met Ismi en Maurice uit eten was in Sentul spraken we een vriend van hen die ook vaak meedoet aan de Hash (Ismi en Maurice doen ook vaak mee!). Hij vroeg me of ik in Semarang ook mee wilde doen aan de Hash. Ik vertelde dat dit inderdaad mijn plan is. “Ah, wait”, zei hij. Hij belde iemand op en vertelde van alles in Bahasa. “When are you flying to Semarang?” “Friday”. En hij ging weer verder in Bahasa aaHashn de telefoon. Toen hij opgehangen had zei hij: “Ok, I called my friend in Semarang. She will pick you up at 4 on Saturday. I will give her your number, so she can call you for your adres”. En opgelost.. Zoals ik al zei, één grote familie al die Hashers!
Als je vaak genoeg komt binnen een periode wordt je een member. Als member krijg je vaak een (grappige) bijnaam, wat dan je Hashnaam is. Ik heb dus nog geen Hashnaam, maar ik werd al wel Becky genoemd (mijn naam is natuurlijk weer niet uit te spreken voor veel mensen..).
"What..?! Ah, I’ll just call you Becky!"

Ibu Joyce vroeg of ik op pad wilde met Pak Herman. Pak Herman is een werknemer van hen geweest en is een Indonesische man van rond de 90. Omdat hij vroeger naar de Nederlandse school is gegaan, kan hij Nederlands spreken en hij vond het daarom leuk om met mij op pad te gaan in Semarang.
De eerste plaats waar hij me naartoe bracht was het Nederlandse ereveld Candi. Op dit ereveld zijn meer dan 1000 gesneuvelde militairen (her)begraven.Nederlands ereveld Candi
Bij binnenkomst op dit goed onderhouden ereveld werd me gevraagd of ik in het gastenboek wilde schrijven en of ik familie heb op het ereveld.
We kwamen daar twee Nederlandse mannen tegen van de Oorlogsgraven Stichting. Een van hen vertelde ons dat een doel van hen is de jeugd meer te informeren over de geschiedenis en over wat zij als stichting doen. Hij vond het daarom erg bijzonder dat hij op dit ereveld een Indonesische man die nog Nederlands kan spreken aantrof samen met een Nederlandse student.

Vervolgens bracht Pak Herman me naar de oudste Chinese tempel in Semarang, Sam Poo KSam Poo Kongong. De tempel werd gerenoveerd in 1724, nadat de originele tempel (gebouwd ergens tussen 1400 en 1416) in 1704 werd vernield door een aardverschuiving. Daarna is de tempel nog een aantal keer gerenoveerd en inmiddels komen veel toeristen een kijkje nemen bij Sam Poo Kong.
Dan loop je daar, in een ontzettend mooie tempel.. En dan vragen mensen of ze met jou op de foto mogen! Ach, prima joh. Ik denk dat ik inmiddels al met minstens 25 verschillende, onbekende mensen op de foto ben geweest. Van het oudere, Indonesische stel dat naast me in het vliegtuig zat tot m’n taxichauffeur van gisteren..
Maar toen de meiden die hier thuis werken graag met me op de foto wilden vroegen ze toch even of ik kon gaan zitten, anders was ik veel te lang!

Na Sam Poo Kong heeft Pak Herman me meegenomen naar Lawang Sewu Lawang Sewu(‘Thousand Doors’). Dit is een ontzettend groot en mooi gebouw in Semarang dat gebouwd is als het hoofdkwartier van de Nederlands-Indische Railway Compagny.
Nu is er in Lawang Sewu een expositie van de Railway Compagny uit de Nederlands-Indische tijd, maar de expositie neemt maar een klein deel van dit grote gebouw in beslag.
Toen ik daar op de enorme zolder liep, vergezeld door minstens 100 vleermuizen, kon ik me beter inbeelden waarom dit gebouw uit het koloniale tijdperk bekend staat als spookhuis. Dat het bekend staat als spookhuis komt door de verhalen over de kelder van het gebouw.
Ingang van de kelder in Lawang SewuDe kelder mochten we helaas niet meer in. Vroeger mocht je daar ook gewoon kijken, vertelde Pak Herman. De kelder is ooit een gevangenis geweest, waar verschillende Nederlanders zijn geëxecuteerd door Japanners (vandaar de spookverhalen..).
Nu mogen toeristen niet meer kijken in de kelder, omdat het niet meer veilig is. We liepen langs de ingang, een opening zonder deur naar een zwart gat. De trap naar beneden is er gewoon uitgehaald. Dat is blijkbaar hoe ze hier een kelder afsluiten voor toeristen, gewoon de trap eruit halen! Niet even een hekje of lint ervoor, ofzo.. Neuh, mensen moeten maar gewoon niet naar beneden vallen.

Ik kan één liedje zingen in Bahasa Indonesia, een kinderliedje over een Kaketoe en een oude oma die nog maar twee tanden heeft. De kaketoe die hier thuis woont en ik zijn al vriendjes (we hebben al vele gesprekken gevoerd) en nu heb ik ook de oma met twee tanden ontmoet!
Nadat we in Lawang Sewu even moesten wachten omdat het keihard regende (het regenseizoen loopt tot ongeveer eind maart) en wij niet zoals een aantal anderen op blote voeten met een stukje karton boven ons hoofd als paraplu door de Pak Hermanregen wilden rennen, hebben we Pak Herman thuisgebracht. Hij wilde graag dat ik even bij hem binnen kwam om zijn vrouw te ontmoeten. De lieve oma met nog maar twee tanden! Wat een schat van een vrouw.
Toen was het tijd om weer terug naar huis te gaan. Gelukkig was het weer droog en hoefden we geen sprintje te trekken naar de auto. Pak Herman herinnert zich ook nog Nederlandse spreekwoorden. “Na regen komt zonneschijn”, zei hij vlak voordat we vertrokken.

Foto’s